INSPIRATIE

Liselore’s Zin // Het basisinkomen: niet langer een utopie?

money

Aan iedereen een onvoorwaardelijk basisinkomen verstrekken, is dat mogelijk?  In mijn zoektocht naar een nieuwe weg schreef ik al eerder over self-sustaining communities en over het nieuwe idealistische entrepeneurschap. Vandaag onderzoek ik de mogelijkheid van het basisinkomen.

VPRO’s Tegenlicht maakte er een documentaire over en Rutger Bregman schreef erover bij De Correspondent (en in zijn gelijknamige boek): gratis geld. Een basisinkomen, los van arbeid. Kan een basisinkomen de, ahum, basis zijn voor een heel nieuw economisch stelsel?

Al eerder schreef ik dat ik het gevoel heb dat we in een eindtijd leven. Research van o.a. het MIT in Amerika heeft uitgewezen dat we inderdaad aan het begin staan van een geheel nieuwe tijd, waarin we heel anders zullen gaan kijken naar het begrip ‘werk’. Door de technologische vooruitgang, waardoor computers en robots de mens een groot deel van werkzaamheden uit handen zullen nemen, zal er straks een geheel andere verhouding ontstaan tussen ‘kapitaal’ en ‘arbeid’. Dat vereist echter wel een verandering van de samenleving; een structurele organisatorische verandering, maar vooral een mentale verandering van de manier waarop we tegen werk aankijken. De protestantse werkethiek van de laatste 200 jaar, die ons voorschreef dat je alleen maar meetelt in de maatschappij als je een baan hebt (let wel: een betáálde baan – vrijwilligerswerk of mantelzorg, hoe nuttig ook, wordt nog steeds niet als volwaardig meegeteld), moet veranderen. Want laten we wel wezen: er zijn niet genoeg banen meer voor iedereen. Dus waarom zou je vasthouden aan het idee dat iedereen een betaalde baan moet hebben, tot aan het absurde toe, zoals het ‘creëren’  van nutteloze en vaak vernederende banen voor uitkeringsgerechtigden? Waarom omhelzen we geen nieuw idee van hoe de samenleving er over tien jaar uit zal zien?

Er zijn al meerdere experimenten met het verstrekken van een basisinkomen gedaan; het bekendste voorbeeld (het Mincome-project) vond plaats in Canada in de jaren ’70. De resultaten wezen daar uit dat als je uitkeringen en toeslagen stopzette en in plaats daarvan een onvoorwaardelijk basisinkomen invoerde, de productiviteit juist omhoogging. Omdat ze helemaal zelf konden uitmaken waar ze het geld aan besteedden, kozen mensen voor werkzaamheden die ze leuk vonden en ze besteedden daar meer uren aan dan wanneer ze door armoede of een uitkering gedwongen waren om werk te doen dat ze haatten. De zorgkosten gingen omlaag, omdat het welzijnsniveau omhoogging. En ook als mensen niet meer betaald werk gingen doen, besteedden ze hun tijd nuttig, aan een opleiding, aan vrijwilligerswerk of aan mantelzorg.

Natuurlijk is Nederland anno 2014 een heel andere situatie dan Canada in de jaren ’70. Onderzoek heeft echter uitgewezen dat als we alle uitkeringen en toeslagen (en daarmee ook de instanties die verantwoordelijk zijn voor het verstrekken ervan) zouden stopzetten, er al een groot deel van het benodigde geld voor het basisinkomen per inwoner zou vrijkomen. Rutger Bregman zegt hierover: “We zijn voor het eerst in de geschiedenis rijk genoeg om een stevig basisinkomen te financieren. Het bureaucratische toeslagencircus en het controleapparaat dat uitkeringstrekkers koste wat kost in laagproductieve baantjes wil dwingen, kunnen de prullenbak in. De hele wirwar aan aftrekposten is niet meer nodig. Verdere financiering zou uit (hogere) belastingen op vermogen, vervuiling, kapitaalstromen en consumptie kunnen komen.

Reken even mee. Nederland heeft 16,8 miljoen inwoners. Het CBS zet de armoedegrens op 960 euro, wat een mooi basisinkomen zou zijn. Een simpele rekensom leert dat de universele variant 193,5 miljard euro op jaarbasis zou kosten – ongeveer 30 procent van het bbp. Dat is een astronomisch bedrag. Maar bedenk: de overheid beheerst nu al meer dan de helft van het bbp. En dan zijn de kosten van alle vrijstellingen, aftrekposten en heffingskortingen nog niet eens meegerekend (in 2010: 58,7 miljard). Alleen al de hypotheekrenteaftrek kost 14 miljard per jaar.”

Ik vind het een fantastisch idee. Sterker nog: ik ben een levend voorbeeld dat de uitkomst van het Mincome-project juist is. Ik heb namelijk zelf al een tijd een uitkering. Diverse uitkeringsinstanties hebben me letterlijk gezegd dat ze niet toegerust zijn op hoogopgeleide werklozen als ik. Toch moeten ze me tegen heug en meug een arbeidsmarkt opsturen waar eigenlijk geen plaats voor me is. (Wees niet bang, dit wordt geen sob story; ik ben een van de gelukkigen omdat ik de skills en ervaring heb om zzp-er te worden * – fantastisch. Vele anderen zijn echter niet zo gelukkig als ik.) Al die tijd heb ik echter vrijwilligerswerk gedaan, soms bijna fulltime. Zo weet ik dat er genoeg bedrijven, non-profit stichtingen, creatieve projecten en nog veel meer zijn die wel degelijk een helpende hand nodig hebben, maar die geen geld hebben om ervoor te betalen. Maakt dat die arbeid minder nuttig of overbodig? Dat lijkt me niet.

Het ironische is dat juist door gratis geld weg te geven, onze maatschappij minder afhankelijk zal worden van alleen maar geld. En als geld minder belangrijk wordt, komen we juist toe aan de begrippen die er werkelijk toe doen: saamhorigheid, welzijn voor allen, creativiteit, innovatie. Pas dan creëren we een samenleving waarin niet alleen sprake is van groei, maar ook van bloei.

– xx – Liselore

* JA MENSEN, als jullie nog een tekstschrijver nodig hebben: jullie weten me te vinden (hint: via mijn bio) 😉 *shameless self-promotion*

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.