Panama I: De reis naar mezelf
Het was eind maart. Ik kwam net terug van een stedentrip naar Vilnius (Litouwen) waar ik een weekend lang in een hostel had gezeten, samen met een vriendin. We ontmoetten de meeste interessante en mooie backpackers in een mum van tijd en gingen uit alsof we de beste vrienden van elkaar waren. Als je even geen zin in hen had was het ook niet erg: ga vooral lekker je eigen gang.
Maar jeetje, wat is die “eigen gang” eigenlijk? Sinds 2011 heb ik een vaste relatie, woon ik samen in hartje Amsterdam en zien we elkaar dagelijks. Ik weet niet beter dan dat we rekening met elkaar houden, voor elkaar koken, samen afspraakjes maken en leuke dingen doen, elkaar verwennen en er zijn wanneer dat nodig is. Altijd heb ik gestreefd naar veel vrijheid in mijn relatie, maar er werkelijk geconfronteerd mee worden –lees: iets voor jezelf doen– was toch wel een hele opgave.
Eenmaal thuis voelde ik mij gevangen. Jeetje, ik ben 20 jaar en weet niet eens om te gaan met pure vrijheid. Ik hoor mijn vader nog roepen vroeger: “laat onze miss independent maar gaan”. Hè verdorie, waar was dit stukje van mij?
En zo begon het. Als kind heb ik al heel wat mooie plekjes mogen zien van de wereld. Toch trok mij een land waar je over het algemeen niet zo veel over hoorde. Ik had zin om nieuwe sporen te zetten en ècht op ontdekkingstocht te gaan in een veelzijdige natuur. Het moest ook niet te groot zijn en veel toeristische trekpleisters kennen. Nee, juist géén toeristen, maar reizigers. Reizigers die dit met mij gingen beleven. In, jawel: Panama!
Omdat mijn vriendje toch echt niks had misdaan in de zoektocht naar mijzelf (begrijp mij niet verkeerd), ging ik eerst drie weken met hem rondtrekken door dit kleine land. Het is slechts twee keer zo groot als Nederland en heeft vijf keer minder inwoners. De twee weken die daarop volgden zou diezelfde vriendin mij komen vergezellen. Zij woonde en werkte al ruim vijf maanden in een surfhostel in Costa Rica en zag dit als een unieke kans om er even tussen uit te gaan. Dit laatste leek allemaal zo gepland, maar ik hoorde het pas op mijn weg naar Schiphol. Stiekem was ik toch heel opgelucht.
De reis begon in het oude gedeelte van Panama-City, Casco Viejo. Een gedeelte van de stad waar veel backpackers naartoe gaan. Het is er veilig, schoon en het zit vol met leuke eettentjes en authentieke toeristshops. De jetlag sloeg flink toe dus ik liet mij vooral meeslepen door de betrouwbare verhalen in de Lonely Planet. Toch wilden we al snel de stad uit. Een plan hadden we niet ècht, behalve dat we eind juli weer terug moesten zijn in de grote stad.
Avonturiers als mijn vriend en ik zijn, kozen wij keer op keer voor het goedkoopste vervoermiddel. In Panama kom je dan al snel uit bij een taxi of het busnetwerk. Vanuit Panama-City lukt dat het beste vanaf Albrook terminal waar je werkelijk alle bussen kunt vinden. Met onze ogen dicht en vinger mikkend op de landkaart kwamen we uit op de volgende bestemming: Playa Venao. Dit kleine plaatsje in het zuiden staat beter bekend als surfdorpje. Niet verkeerd gezien we allebei surfen!
Zo makkelijk als de Panamezen het aan ons uitlegden in het Spaans, zo een lange rit bleek het te zijn. (En in Panama is het niet als in Thailand waar je dan maar gewoon de andere backpacker volgt.) We waren nu helemaal op onszelf aangewezen. Lief als de lokale bevolking is, kwam er tijdens de rit een local uit Playa Venao ons uit zichzelf helpen. Ze vertelde ons de do’s and don’ts. Naja, eigenlijk waren er geen don’ts: er was immers niks te doen dan alleen surfen. Maar we moesten onderweg wel even boodschappen doen, want Playa Venao kent geen supermarkt.
Dat grote sterren als Shakira of Snoop Dogg hier huizen hebben, ging ik steeds meer begrijpen. De locals noemen Playa Venao ook wel “Het Toscane van Panama”. Overal waren er gaarden en paarden aan het grazen op de uitgestrekte groene velden. We verbleven in het hostel Venao Cove, gerund door een Australisch koppel. Na iedere surf- en/of chilldag bereidden we ons avondmaal in gezelschap van andere backpackers en warmden we ons op aan het kampvuur. Vaak trok ik me terug om na te denken over mijzelf. Hier kon ik dat, maar nog altijd in de comfort zone.
We trokken snel door naar de volgende bestemming: Boquete. Dit stond niet helemaal bovenaan mijn lijstje na de dood van de twee Nederlandse meisjes in de jungle. Maar in de weken die wij daar vertoefden, bleek het land meer dan veilig te zijn. De mensen waren teleurgesteld waarom dit in hun land moest gebeuren. Juist nu het toerisme zo aan het aantrekken is. We besloten om te gaan, maar wel met flinke knikkende knieën. Alle “Doe je wel voorzichtig, meissie” berichten van bezorgde familie, vrienden en vriendinnen kwamen vliegensvlug weer terug. Boquete bleek echter een rustig en vruchtbaar plaatsje te zijn tussen de jungleheuvels in. Alles is gericht op outdoor activiteiten en jungle trails. We besloten zelf een jungle trial te doen, gezien de dure excursie prijzen. El Pianiste werd onze route dwars door de velden en jungle. Het uitzicht was prachtig, maar toch had ik een naar gevoel ik mijn buik. Zou dit dan de weg zijn geweest van de twee meisjes..? Voor even werd dit gevoel weggenomen door een Husky hond die ons over de velden de weg wees richting de jungle. Hij wachtte op ons, leidde ons en aanbad ons. Eenmaal thuis bleek het de route te zijn geweest van de meisjes. Rilling ging door mij heen. Het besef om goed van het leven te genieten.
Genieten is een woord dat ik veel gebruik. Ik zeg het als ik ontspannen ben, blij ben met mijn vrienden en hun goede gesprekken, als ik iets geweldigs meemaak, maar ook als ik anderen erop wil wijzen dat het leven mooi is zoals het nu is. Niet later, maar nu. Soms moet je dat soort momenten creëren en de controle loslaten. En dus gingen wij nog voor ons vertrek naar Playa Venao in een stoere jeep naar de San Blas eilanden. Dé bestemming voor je honeymoon, het afstrepen van je bucketlist of gewoon zoals wij: decadent genieten zonder het budget te hebben.
We waren moe van de reis en wilden alleen maar één boek, één palmboom, één kokosnoot en genoeg zand voor onder onze billen. We voeren naar ons gekozen eiland, Robinson Eiland, waar wij per nacht een schrijntje betaalden. Het was onbeschrijfelijk mooi: overal palmbomen, zand, helder blauwe zee en vooral nauwelijks toeristen. Ons plan was om twee dagen te verblijven, maar we genoten uiteindelijk vijf dagen. In tien minuten hadden we het eiland in haar totaliteit gezien en gingen we maar zwemmen, lezen en slapen. Iedere dag werden er drie maaltijden met verse vis, kreeft of krab bereid door de plaatselijke bevolking, de Kuna’s. Deze bevolking stamt af van de Indianen en woont op 44 eilanden (van de 365). Ze leven van het jagen en tegenwoordig (helaas) ook van het toerisme. Veel toeristen vind je er overigens niet: de Kuna’s zijn erg gesteld op hun privacy. Er zijn daarom ook maar een paar eilanden waar je op mag overnachten.
Inmiddels waren de Kuna’s op het eilandje aan ons gewend en brachten zij ons naar het einde van de San Blas eilanden: eiland Caya Hollandes. We werden gedropt en liepen te voet weer in een kwartiertje om het eiland. We snorkelden, lazen, sliepen en zochten schelpjes. Kan een mens gelukkiger zijn dat dit?
In de eerste 2 weken van de reis dacht ik niet veel na over mijzelf en ons. Ik liet het leven lekker op mij afkomen. Het is af en toe ook goed, om na een mega drukke tijd, afstand te doen van die controle. Iedere dag schreef ik de avonturen van mij af; meer dingen legde ik mijzelf niet op. Ik genoot en dat was op dat moment het allerbelangrijkste.
In deel 2 vertel ik over mijn vriendje die Panama achter zich moet laten en terugkeert naar Nederland voor werk. Wat moet ik gaan loslaten: hem of mijzelf?
Deze gastblog is geschreven door Xantoucha Touw: reiziger, levensgenieter, eerlijk, creatieveling, denkt in fotobeelden en is fan van mensen. Heeft al vele plekjes op de wereld mogen ontdekken: van vrijwilligerswerk in Kenia tot aan overnachten met aboriginals in Australië. Haar droom is dan ook om als mental coach te wereld over te trekken om uit iedereen het mooiste van zichzelf te halen.
Ook een gastblog schrijven? Kijk dan op deze pagina.